Statuten

Naam, zetel en duur.

Artikel 1.

De vereniging draagt de naam: “DIRTY HILL” hierna te noemen: “De Vereniging”. Zij is gevestigd te Bergschenhoek. De Vereniging is opgericht op achtentwintig oktober negentienhonderd vierennegentig en aangegaan voor onbepaalde tijd. De Vereniging en de bestuursleden zijn ingeschreven in het handelsregister.

Doelstelling.

Artikel 2.

  1. De Vereniging stelt zich ten doel het doen beoefenen en het bevorderen van de mountainbikesport.
  2. Deze doelstelling tracht de Vereniging te realiseren door:
    1. wedstrijden te doen houden:
    2. oefening van de leden te verzorgen:
    3. evenementen op het gebied van de sport te organiseren:
    4. de nodige accommodatie aan te brengen en in stand te houden;
    5. en al hetgeen te doen wat met het vorenstaande verband houdt of daaraan bevorderlijk kan zijn.
  3. De Vereniging streeft naar het lidmaatschap van de Koninklijke Nederlandse Wielren Unie (hierna te noemen: KNWU) en onderwerpt zich daarbij aan de statuten, reglementen en besluiten van deze sportbond. Terwijl al haar leden door toetreding tot de Vereniging zich daarmee eveneens onderwerpen aan die statuten, reglementen en besluiten.
  4. De Vereniging mag geen winst onder haar leden verdelen.

Inrichting.

Artikel 3.

  1. De organen van de Vereniging zijn: de ledenvergadering, het bestuur, alsmede personen en commissies die krachtens de statuten zijn benoemd om de Vereniging binnen de grenzen gesteld bij de statuten en reglementen te vertegenwoordigen, dan wel een door de leden vergadering of het bestuur vastgestelde taak te verrichten waarbij hen beslissingsbevoegdheid is toegekend.
  2. De Vereniging kent in elk geval een kascommissie, zoals bedoeld in artikel 20.
  3. De organen van de Vereniging bezitten geen rechtspersoonlijkheid.

Financiële middelen.

Artikel 4.

  1. De financiële middelen van de Vereniging bestaan uit:
    1. contributie van de leden;
    2. de bijdragen van sponsors;
    3. de bijdragen van donateurs;
    4. verkrijgingen uiterfstellingen, legaten, schenkingen en andere bijdragen;
    5. renten van tegoeden;
    6. andere op wettige wijze verkregen baten.
  2. De ledenvergadering stelt jaarlijks de contributie voor de leden vast. Voor jeugdige leden kan een lager bedrag worden vastgesteld. Eveneens kan een lager bedrag worden vastgesteld voor leden die tot hetzelfde gezin behoren. Ereleden, leden van verdienste en leden behorende tot het bestuur van de Vereniging, zijn vrijgesteld van het betalen van contributie.
  3. Naast de in lid 2 van dit artikel genoemde contributie betalen alle leden de bondscontributie, welke door de Vereniging jaarlijks aan de KNWU wordt afgedragen.

Lidmaatschap.

Artikel 5.

  1. De Vereniging kent gewone leden, ereleden en leden van verdienste.
  2. Gewone leden van de Vereniging kunnen zijn natuurlijke personen die de zevenjarige leeftijd hebben bereikt en van wie het lidmaatschap niet in strijd is met de statuten, reglementen of besluiten van de KNWU.
  3. Ereleden en leden van verdienste zijn zij, die op grond van hun bijzondere verdiensten voor de Vereniging door de algemene ledenvergadering met een meerderheid van drie/vierde van de uitgebrachte stemmen, ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden, op voordracht van het bestuur of op voordracht van ten minste tien leden worden benoemd en uit dien hoofde de ledenvergadering van de Vereniging mogen bijwonen, daarin het woord voeren, hun stem uitbrengen en de Vereniging van advies dienen.
  4. Ereleden en leden van verdienste hebben geen andere rechten en verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens de statuten of het huishoudelijk reglement zijn toegekend en opgelegd.
  5. Het bestuur houdt een register bij, waarin de namen, adressen en geboortedata alsmede (indien mogelijk) een postadres, een telefoonnummer en persoonlijk e-mailadres van de leden, ereleden en leden van verdienste staan vermeld. In het register worden alleen die gegevens bijgehouden die voor het realiseren van het doel van de Vereniging noodzakelijk zijn.
  6. Het bestuur kan na een voorafgaand besluit van de algemene vergadering geregistreerde gegevens aan derden verstrekken, behalve van het lid dat tegen deze verstrekking bij het bestuur schriftelijk bezwaar heeft gemaakt. De verplichting om de algemene vergadering hierover te laten besluiten en het recht op bezwaar geldt niet voor de noodzakelijk door de vereniging aan derden te verstrekken gegevens, waaronder de verstrekking van gegevens aan de KNWU en gegevens die aan overheden of (publiekrechtelijke) instellingen dienen te worden verstrekt in verband met een wettelijke verplichting.

Toelating leden.

Artikel 6.

  1. Om lid te worden meldt men zich schriftelijk aan bij de secretaris van het bestuur.
  2. Aanmelding van een minderjarige is slechts mogelijk met schriftelijke toestemming van de wettelijke vertegenwoordigers.
  3. Alleen diegenen die voor de duur van hun lidmaatschap ook lid zijn van de KNWU, kunnen lid zijn van de Vereniging alsmede ereleden en leden van verdienste.
  4. Het bestuur beslist omtrent de toelating van leden. In geval van niet toelating doet het bestuur zo spoedig mogelijk daarvan schriftelijk mededeling aan degene die het lidmaatschap heeft aangevraagd.
  5. Bij niet-toelating tot lid door het bestuur, kan, na een daartoe gedaan beroep, de algemene ledenvergadering alsnog tot toelating besluiten. Dit beroep moet binnen een maand na afwijzing bij het bestuur worden gedaan, dat binnen een maand daarna het beroep aan de ledenvergadering ter beslissing dient voor te leggen. Het bestuur is verplicht om elk lid van de vereniging bij de KNWU aan te melden als KNWU lid. Door aanmelding als lid machtigt het lid de Vereniging om hem als lid aan te melden bij de KNWU.
  6. Tot het lidmaatschap van de Vereniging kunnen niet worden toegelaten degenen, die niet tot het lidmaatschap van de KNWU worden toegelaten, of van wie de KNWU het lidmaatschap heeft beëindigd.

Donateurs en Sponsors.

Artikel 7.

  1. Donateurs en Sponsors kunnen zijn natuurlijke en rechtspersonen. Zij hebben geen andere rechten en verplichtingen dan welke hen krachtens de statuten zijn toegekend of opgelegd.
  2. Donateurs die niet de jaarlijks door de ledenvergadering te bepalen minimumbijdrage betalen, worden niet als donateur in de zin van de statuten erkend.
  3. Het bestuur beslist over toelating van donateurs. Zij houdt een register bij, waarin de namen en adressen van de donateurs zijn vermeld.
  4. Donateurs kunnen te allen tijde hun donateurschap opzeggen. De vereniging kan te allen tijde donateurs door opzegging hun hoedanigheid ontnemen.
  5. De afspraken met Sponsors worden in een separate overeenkomst met hen vastgelegd.

Einde lidmaatschap.

Artikel 8.

  1. Het lidmaatschap eindigt:
    1. door overlijden van het lid;
    2. door opzegging door het lid;
    3. door opzegging door het bestuur namens de Vereniging, hetgeen kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de Vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
    4. door ontzetting, hetgeen slechts kan worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de Vereniging handelt, wanneer hij door de KNWU uit het lidmaatschap is ontzet, of wanneer hij de Vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
  2. Opzegging van het lidmaatschap door een lid geschiedt schriftelijk bij de secretaris, met inachtneming van een opzegtermijn van vier weken en ingaande bij het einde van het boekjaar. Indien binnen vier weken voor het einde van het boekjaar wordt opgezegd, gaat dit eerst in bij het einde van het opvolgende boekjaar.
  3. Opzegging namens de vereniging geschiedt bij aangetekend schrijven onder opgave van redenen en ingaande bij het einde van het lopende boekjaar.
  4. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur met onmiddellijke ingang bij aangetekend schrijven onder opgave van redenen.
  5. Ontzetting (royement) kan alleen worden uitgesproken indien een lid in ernstige mate in strijd met de statuten, reglementen en/of besluiten van de organen van de vereniging handelt, of de Vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
  6. Van een besluit tot opzegging namens de Vereniging en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de ledenvergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.
  7. Als de betrokkene in beroep komt, roept het bestuur een ledenvergadering bijeen, te houden binnen twee maanden na ontvangst van het beroep. In deze vergadering krijgt de betrokkene de gelegenheid het woord te voeren, waarbij hij of zij zich mag laten bijstaan door een raadsman. Daarna beslist de ledenvergadering omtrent bekrachtiging dan wel vernietiging van de opzegging c.q. ontzetting.
  8. Indien een lid door de KNWU uit het lidmaatschap is ontzet of het KNWU-lidmaatschap op andere wijze is beëindigd, is het bestuur, na het onherroepelijk worden van deze ontzetting of beëindiging, verplicht het lidmaatschap van het desbetreffende lid met onmiddellijke ingang op te zeggen.
  9. Het bestuur draagt er zorg voor dat leden de voor opzegging van het lidmaatschap noodzakelijke informatie eenvoudig kunnen raadplegen. De informatie wordt in ieder geval opvallend vermeld op de hoofdpagina van de website en/of makkelijk toegankelijk via andere communicatiemiddelen.
  10. In de gevallen genoemd in lid 1 onder a, c en d van dit artikel, eindigt het lidmaatschap onmiddellijk.

Verplichtingen van de leden.

Artikel 9.

  1. De leden zijn verplicht:
    1. De statuten en reglementen van de Vereniging, de besluiten van de organen als genoemd in artikel 3 lid 1, alsmede de statuten, reglementen en besluiten van de KNWU na te leven;
    2. De belangen van de Vereniging en de KNWU niet te schaden;
    3. Alle verplichtingen te aanvaarden en na te komen, welke uit het lidmaatschap voortvloeien.
  2. Door de Vereniging kunnen in naam van de leden geen verplichtingen worden aangegaan, dan nadat het bestuur daartoe bij besluit van de ledenvergadering bijzonder is gevolmachtigd. De leden zijn gehouden de door het bestuur mede in hun naam aangegane verplichtingen te aanvaarden en na te komen.
  3. Leden kunnen de toepasselijkheid van een besluit waarbij andere dan geldelijke verplichtingen zijn verzwaard door opzegging van het lidmaatschap te hunnen opzichte uitsluiten, mits deze opzegging plaatsvindt binnen een maand nadat het besluit aan het desbetreffende lid ter kennis is gekomen of gebracht.
  4. Ieder lid van 15 jaar en ouder is verplicht alle voorkomende werkzaamheden ten behoeve van de vereniging te verrichten, die in redelijkheid van hem kunnen worden verwacht. Deze verplichting geldt niet indien door een lid aannemelijk is gemaakt dat door hem of haar in het lopende kalenderjaar aan een oproep door of namens het bestuur gedaan gevolg is gegeven. Het zonder opgaaf van gegronde redenen niet voldoen aan een oproep door of namens het bestuur gedaan om werkzaamheden te verrichten kan leiden tot het in rekening brengen van een boetebedrag op grond van artikel 10. Het niet voldoen van dit bedrag na hiertoe door of namens het bestuur te zijn gesommeerd kan opzegging namens de vereniging tot gevolg hebben op grond van het bepaalde in artikel 8 lid 1 onder c van de statuten.
  5. De leden zijn voorts verplicht zich jegens elkaar en jegens de vereniging te gedragen naar hetgeen door de redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd.
  6. Leden onthouden zich tegenover andere leden van elke vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, in verbale, non verbale of fysieke zin, alsmede van (verbaal) geweld, racistische uitlatingen e.d., opzettelijk of onopzettelijk, die door het andere lid, die het ondergaat, als ongewenst of gedwongen wordt ervaren. Het in strijd handelen met deze bepaling geldt als een overtreding.
  7. Bij tussentijdse beëindiging van het lidmaatschap blijft de verplichting tot betaling van de contributie en eventuele nadere verplichtingen tot aan het eind van het verenigingsjaar bestaan. In bijzondere situaties kan het bestuur hiervan afwijken.
  8. Een lid is verplicht zijn financiële verplichtingen op de door de Vereniging aangegeven datum (de vervaldatum) te voldoen. Indien het lid een maand na de vervaldatum niet geheel aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan, is hij vanaf die datum zonder recht van beroep uitgesloten van deelname aan de activiteiten van de Vereniging totdat hij geheel aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan. Gedurende die periode kan het lid in de Vereniging geen rechten uitoefenen en blijft hij verplicht te voldoen aan alle verplichtingen welke uit het lidmaatschap voortvloeien.
  9. Indien een lid niet tijdig voldoet aan zijn financiële verplichtingen tegenover de Vereniging, is het lid vanaf de vervaldatum over het verschuldigde bedrag de wettelijke rente verschuldigd. Blijft het lid geheel of gedeeltelijk in gebreke, nadat hem een nieuwe termijn voor betaling is gegund, dan is het lid behalve de wettelijke rente ook het wettelijke percentage incassokosten over het oorspronkelijke bedrag verschuldigd. Volhardt het lid in zijn verzuim, dan is hij naast de wettelijke rente en genoemde incassokosten ook alle redelijkerwijs voor de inning van zijn schuld aan de vereniging door een advocaat of deurwaarder gemaakte kosten verschuldigd, tenzij de rechter anders beslist.

Sancties.

Artikel 10.

  1. Het niet nakomen van een verplichting van een lid kan leiden tot het opleggen van een sanctie. Sanctioneerbaar zal zijn zodanig handelen of nalaten dat in strijd is met:
    1. de statuten, reglementen en/of besluiten van organen van de Vereniging, of waardoor de belangen van de vereniging worden geschaad.
    2. de wedstrijdbepalingen, alsmede met de statuten, reglementen en/of besluiten van organen van de KNWU of waardoor de belangen van de KNWU, dan wel van de wielersport in het algemeen worden geschaad.
  2. Voor zover deze bevoegdheid niet aan een commissie belast met de tuchtrechtspraak is opgedragen, is het bestuur bevoegd om, in geval van sanctioneerbare handelingen of gedragingen zoals bedoeld in lid 1, de volgende sancties op te leggen:
    1. berisping;
    2. boete;
    3. schorsing;
    4. ontzetting (royement).
  3. Boetes kunnen worden opgelegd tot een bedrag waarvan de hoogte door de algemene ledenvergadering wordt vastgesteld.
  4. Een schorsing kan ten hoogste voor de duur van één jaar worden opgelegd. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, kunnen de aan het lidmaatschap verbonden rechten niet worden uitgeoefend, met uitzondering van het recht om in beroep te gaan.

Bestuur.

Artikel 11.

  1. Het bestuur bestaat uit tenminste drie, en ten hoogste acht natuurlijke personen.
  2. Alle bestuursleden worden gekozen door de ledenvergadering en dienen lid te zijn van de Vereniging. De voorzitter, secretaris en penningmeester worden in functie gekozen. Zij vormen tezamen het dagelijks bestuur.
  3. Om tot bestuurslid te kunnen worden gekozen, moet men meerderjarig zijn.
  4. Het bestuur is verplicht voor iedere vacante functie een voordracht van een of meer personen op te maken. Tien leden kunnen eveneens een voordracht doen, die voor aanvang der vergadering bij het bestuur moet zijn ingediend. De ledenvergadering kiest uit de voorgedragen kandidaten.
  5. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster. Als het bestuurslidmaatschap eindigt door verloop van de termijn waarvoor men wordt benoemd, is de aftredende terstond herkiesbaar. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats in van zijn voorganger.
  6. Het bestuur verdeelt de taken in onderling overleg, tenzij de statuten hieromtrent voorschriften stellen.
  7. Tussentijdse vacatures worden zo mogelijk binnen zes weken vervuld. Zolang in het bestuur een vacature openstaat, vormen de overgebleven bestuursleden een wettig geconstitueerd college.
  8. Indien het aantal bestuursleden beneden het aantal van drie (3) is gedaald in verband met belet of ontstentenis van één van de bestuursleden, blijft het bestuur bevoegd tot uitoefening van al zijn taken en bevoegdheden. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats(en) aan de orde komt. In geval van belet of ontstentenis van alle bestuursleden, wijst de algemene vergadering zo spoedig mogelijk ten minste drie (3) vervangende bestuursleden aan. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en de besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de Vereniging en de daaraan verbonden organisatie. Wanneer hierdoor geen bestuursbesluit kan worden genomen, wordt het besluit genomen, door het bestuur onder schriftelijke vastlegging van de overwegingen die aan het besluit ten grondslag liggen, tenzij de statuten anders bepalen.

Schorsing en einde bestuurslidmaatschap.

Artikel 12.

  1. Elk bestuurslid, ook wanneer hij voor een bepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
  2. Een geschorst bestuurslid is onbevoegd enige bestuurstaak te verrichten.
  3. In de vergadering waarin de ledenvergadering moet beslissen omtrent schorsing of ontslag van een bestuurslid, heeft het desbetreffende bestuurslid, al dan niet vergezeld van een raadsman, het recht voor zijn belangen op te komen. Voor het overige heeft hij geen toegang.
  4. Het bestuurslidmaatschap eindigt door:
    1. Verloop van de termijn waarvoor men werd benoemd;
    2. Het bedanken als bestuurslid;
    3. Het eindigen van het lidmaatschap;
    4. Door ontslag door de ledenvergadering.

Bestuurstaak en vertegenwoordiging.

Artikel 13.

  1. Het bestuur is belast met het besturen van de Vereniging en is behoudens beperkingen in de statuten bevoegd tot het verrichten van alle rechtshandelingen in naam van de Vereniging.
  2. Ieder bestuurslid is tegenover de Vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. De bestuurders richten zich bij de vervulling van hun taak naar het belang van de Vereniging. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen geheel aansprakelijk terzake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden
  3. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan bestuursleden toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
  4. Het voltallige bestuur van de Vereniging is, na daartoe vooraf verkregen goedkeuring van de ledenvergadering, bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten tot het kopen, vervreemd en of bezwaren van registergoederen en tot het sluiten van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor de schuld van een derde verbindt.
  5. De Vereniging wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door haar bestuur, dan wel door twee tezamen handelende leden van het dagelijks bestuur. De penningmeester alleen is bevoegd tot het verrichten van alle betalingen en ontvangsten, voor zover deze binnen de door de ledenvergadering vastgestelde begroting blijven.
  6. De voorzitter zit de bestuursvergaderingen en de ledenvergadering voor en bepaalt daarin, voor zover de statuten daaromtrent niets voorschrijven, de orde. Hij is tevens belast met alle interne en externe representatie en coördineert de werkzaamheden van het bestuur en commissies.
  7. Tenzij het bestuur anders bepaalt, vergadert het bestuur wanneer de voorzitter of twee andere bestuursleden dit verlangen.
  8. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, indien geen bestuurslid zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet en alle bestuursleden aan deze besluitvorming deelnemen.
  9. Ieder bestuurslid heeft één stem.
  10. Alle besluiten, daaronder begrepen de besluiten als bedoeld in lid 8, worden genomen met meerderheid van de uitgebrachte geldige stemmen, mits voor wat de in vergadering genomen besluiten betreft de meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig is. Blanco stemmen zijn ongeldig.
  11. Over elk voorstel wordt afzonderlijk en mondeling gestemd, tenzij de voorzitter of een ander bestuurslid anders wensen.
  12. Het door de voorzitter uitgesproken oordeel dat het bestuur een besluit heeft genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van dit oordeel de juistheid daarvan betwist, dan wordt zo nodig het te nemen besluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien een bestuurslid dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  13. De secretaris voert de correspondentie van de Vereniging en beheert het archief. Voorts notuleert hij de bestuursvergaderingen en ledenvergaderingen. Het adres van de secretaris is tevens het adres van de vereniging.
  14. De penningmeester beheert de geldmiddelen van de Vereniging en administreert de bezittingen. Hij is verplicht deze middelen afgezonderd van zijn privévermogen te beheren.
  15. Het bestuur is bevoegd uitgaven te doen binnen de door de algemene vergadering vastgestelde begroting. Bij overschrijding van de begroting met meer dan 10% zal voorafgaande goedkeuring van de algemene vergadering worden gevraagd.
  16. De overige bestuursleden vervullen de taak, welke het bestuur in onderling overleg aan hen toekent.
  17. Het bestuur is bevoegd, onder haar verantwoordelijkheid, een deel van haar taken op te dragen aan door haar te benoemen commissies.
  18. Het bestuur is verplicht de statuten vast te laten leggen bij notariële akte en deze in te doen schrijven in het verenigingsregister, gehouden bij de Kamer van Koophandel.

Jaarverslag en begroting.

Artikel 14.

  1. Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met één en dertig december.
  2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de Vereniging zodanig aantekening te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
  3. Het bestuur sluit bij het einde van het boekjaar de boeken van de Vereniging af en maakt daaruit binnen drie maanden een balans en staat van baten en lasten op.
  4. Het bestuur maakt na afloop van het boekjaar verslag op van de activiteiten van de Vereniging in het afgelopen jaar.
  5. Tijdens de ledenvergadering van ieder jaar worden de balans en staat van baten en lasten met een toelichting, vergezeld van het advies van de kascommissie, en het verslag van de activiteiten van de Vereniging, ter bespreking en goedkeuring voorgelegd aan de ledenvergadering. De balans en de staat van baten en lasten met de toelichting, en het verslag van de activiteiten van de vereniging, dienen te zijn ondertekend door alle bestuursleden; ontbreekt de handtekening van een meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt.
  6. De ledenvergadering dient te beslissen over de decharge van het bestuur.Tijdens de ledenvergadering van ieder jaar legt het bestuur haar plannen en de begroting voor de inkomsten en uitgaven voor het volgende boekjaar voor aan de ledenvergadering. Tevens komt het bestuur met een voorstel tot contributie en bijdragen voor het eerstkomende boekjaar.
  7. Goedkeuring van de beleidsvoornemens en de begroting door de ledenvergadering, geeft het bestuur de bevoegdheid de plannen uit te voeren binnen de grenzen die de begroting stelt.
  8. Het bestuur is verplicht de bescheiden, genoemd in dit artikel, tenminste tien jaren lang te bewaren.

Ledenvergadering.

Artikel 15.

Aan de ledenvergadering komen in de Vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.

Bijeenroeping van de ledenvergadering.

Artikel 16.

  1. Jaarlijks, wordt er minimaal één ledenvergadering belegd ter uitvoering van het bepaalde in artikel 14 lid 5.
  2. Andere ledenvergaderingen worden gehouden zo dikwijls als het bestuur dit noodzakelijk oordeelt.
  3. De ledenvergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur op een termijn van ten minste veertien dagen, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend.
  4. Op schriftelijk verzoek van ten minste een tiende gedeelte van de leden is het bestuur verplicht tot het bijeenroepen van een ledenvergadering, die binnen een maand na dat verzoek moet worden gehouden. Indien het bestuur niet tijdig gevolg geeft aan het verzoek, kunnen de desbetreffende leden zelf een ledenvergadering uitroepen.
  5. Oproepen tot het bijwonen van een ledenvergadering worden toegezonden aan alle leden. De oproeping geschiedt schriftelijk aan de adressen volgens het register bedoeld in artikel 6 lid 5. Bij oproeping wordt de agenda vermeld. Alle leden hebben tot uiterlijk tien dagen voor de aanvang van de vergadering het recht om schriftelijk of per e-mail agendapunten bij de secretaris op te geven.

Toegang tot en stemrecht tijdens de ledenvergadering.

Artikel 17.

  1. Alle leden hebben toegang tot de ledenvergadering en hebben het recht daar het woord te voeren, voorstellen te doen en stemming te vragen. Geschorste leden hebben geen toegang.
  2. Ieder lid heeft een stem.
  3. De uitoefening van de stem van minderjarige leden komt uitsluitend toe aan hun wettelijk vertegenwoordiger.
  4. Voor de toepassing van het stemmen door middel van een elektronisch communicatiemiddel draagt het bestuur ervoor zorg dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen.
  5. Het bestuur draagt er in de in lid 4 bedoelde vergaderingen voor zorg dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan deelnemen aan de beraadslaging.
  6. Stemmen die voorafgaand aan de algemene vergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht, maar niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering, worden gelijkgesteld met stemmen die ten tijde van de vergadering worden uitgebracht.
  7. Onverminderd het stemrecht als lid hebben bestuursleden in de algemene vergadering een raadgevende stem.

Besluitvorming van de ledenvergadering.

Artikel 18.

  1. Tenzij de statuten anders bepalen worden alle besluiten genomen met de volstrekte meerderheid van de ter vergadering uitgebrachte stemmen. Blanco stemmen en ongeldige stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht.
  2. Bij staking van stemmen over zaken is het voorstel verworpen.
  3. Over zaken wordt mondeling gestemd.
  4. Over personen wordt schriftelijk gestemd door middel van ongetekende stembriefjes, tenzij alle stemgerechtigden akkoord gaan met stemming bij acclamatie. Behaalt in een stemming over personen niemand de volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, dan wordt een tweede stemming gehouden tussen de twee kandidaten, die in de eerste stemming de meeste stemmen op zich verenigden. Staken in de tweede stemming de stemmen, dan beslist het lot. Het lot beslist eveneens indien twee of meer personen voor de tweede stemming in aanmerking komen. Bij enkelvoudige kandidaatstelling blijft stemming achterwege en is de voorgedragen kandidaat van rechtswege gekozen, tenzij vijf stemgerechtigden stemming verlangen.
  5. De voorzitter benoemt voor elke schriftelijke stemming een stembureau, bestaande uit drie ter vergadering aanwezige leden. Het stembureau bepaalt de uitslag van de stemming en beslist over de geldigheid van de
  6. Het ter vergadering door de voorzitter uitgesproken oordeel, dat door de vergadering een besluit is genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor inhoud van een besluit, voor zover beraadslaagd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
  7. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het voorgaande lid bedoelde oordeel de juistheid daarvan betwist, dan wordt het door de voorzitter uitgesproken oordeel alsnog ter discussie gesteld, teneinde te komen tot een schriftelijk vastgelegd voorstel, dat als dan in stemming kan worden gebracht en het oorspronkelijk vastgestelde besluit ongeldig maakt.

Leiding en verslaggeving ledenvergadering.

Artikel 19.

  1. De vergaderingen staan onder leiding van de voorzitter en bij diens afwezigheid onder leiding van een daartoe door het bestuur aan te wijzen bestuurslid. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.
  2. De secretaris, of een ander daartoe door de voorzitter aangewezen persoon, notuleert het verhandelde ter vergadering en legt dit ter goedkeuring voor aan de volgende ledenvergadering.

Kascommissie.

Artikel 20.

  1. De ledenvergadering benoemt jaarlijks in de vergadering, waarin verslag wordt gedaan over het afgelopen boekjaar, een kascommissie voor het lopende boekjaar. Deze commissie dient te bestaan uit drie of meer, doch in ieder geval een oneven aantal leden. De leden van de kascommissie mogen geen deel uitmaken van enig orgaan of enige door het bestuur benoemde commissie van de Vereniging.
  2. De kascommissie onderzoekt de bescheiden, genoemd in artikel 14 leden1 en 2 brengt daaromtrent advies uit aan de ledenvergadering.
  3. De kascommissie is te allen tijde bevoegd inzage te nemen in boeken van de Vereniging en zich de bezittingen van de Vereniging te doen tonen.
  4. De leden van de kascommissie worden benoemd voor een periode van drie jaar en treden af volgens een op te maken rooster. Zij zijn aansluitend opnieuw

Reglementen.

Artikel 21.

  1. In alle gevallen waarin het bestuur een nadere uitwerking van het bepaalde in deze statuten wenselijk acht of naast deze statuten regels wenst, kan zij de ledenvergadering vragen een en ander tot reglement te verheffen.
  2. Wijzigingen van het reglement geschiedt eveneens op verzoek van het bestuur door de ledenvergadering.
  3. De reglementen mogen niet in strijd zijn met de wet of de statuten, noch met de statuten, reglementen en besluiten van de KNWU, en treden in werking bij aanvang van het eerstvolgende boekjaar tenzij de ledenvergadering anders mocht hebben beslist.

Statutenwijziging

Artikel 22.

  1. In de statuten van de Vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van de algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling, dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.
  2. Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
  3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft een meerderheid van twee/derde (2/3) van de geldig uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste twee/derde van de leden aanwezig is. Is niet twee/derde van de leden aanwezig, dan wordt een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden ten minste vijftien dagen en ten hoogste dertig dagen na de eerste vergadering, waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal aanwezige leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
  4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid

Ontbinding en vereffening.

Artikel 23.

  1. De Vereniging wordt ontbonden door een daartoe strekkend besluit van de ledenvergadering.
  2. Een besluit tot ontbinding van de Vereniging kan alleen worden genomen in een ledenvergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling, dat aldaar ontbinding van de Vereniging aan de orde zal komen.
  3. Een besluit tot ontbinding van de Vereniging behoeft een meerderheid van tenminste twee/derde gedeelte van het aantal ter vergadering uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin ten minste twee/derde van de leden aanwezig is. Is niet twee/derde van de leden aanwezig, dan wordt een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden ten minste vijftien dagen en ten hoogste dertig dagen na de eerste vergadering, waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal aanwezige leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
  4. Het besluit tot ontbinding moet mede bevatten:
    1. Benoeming van een commissaris, die belast is met de liquidatie.
    2. De bestemming van het batig saldo na liquidatie.
  5. Na ontbinding van de Vereniging blijft de Vereniging voortbestaan voor zover de liquidatie van haar vermogen dat eist. Gedurende de liquidatie blijven bepalingen uit de statuten en reglementen voor zover mogelijk van kracht. Tijdens de liquidatie zal de Vereniging in alle uitgaande stukken de woorden “in liquidatie” aan de naam toevoegen.
  6. De boeken en bescheiden van de ontbonden Vereniging moeten door de commissaris worden bewaard gedurende tien jaren na afloop van de vereffening.

Slotbepaling.

Artikel 24.    

  1. Alle officiële mededelingen van de Vereniging worden bekend gemaakt op de website van de Vereniging of op een andere door het bestuur bepaalde wijze.
  2. Onder oproep, bijeenroepen, (schriftelijke) uitlating of mededeling of kennisgeving wordt tevens verstaan: een bericht per e-mail aan het e-mailadres dat door het lid voor dit doel is opgegeven, waarbij geldt dat het lid uitdrukkelijk heeft ingestemd om zodanige berichten langs deze weg te ontvangen.
  3. Onder ter inzagelegging wordt (mede) verstaan: toegankelijk maken voor de leden op de website of enig andere via een elektronisch communicatiemiddel te bereiken plaats van de Vereniging.
  4. Onder bijeenkomst of vergadering wordt verstaan een bijeenzijn van meerdere personen die met elkaar spreken, waaronder naast lijfelijk bijeenzijn tevens wordt verstaan het deelnemen aan het gesprek via telefoon of elektronisch communicatiemiddel, mits de identiteit van de niet-lijfelijk aanwezige(n) voldoende kan worden vastgesteld en dit door de fungerend voorzitter goedgekeurd wordt en in notulen of het verslag daarvan melding wordt gemaakt. Stemgerechtigden kunnen hun stemrecht uitoefenen door middel van het hiervoor bedoelde elektronische communicatiemiddel, mits de stemgerechtigde via het elektronische communicatiemiddel rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en kan deelnemen aan de beraadslaging.
  5. Het bestuur beslist in alle gevallen waarin de wet de statuten en reglementen niet voorzien en indien een besluit van de ledenvergadering niet kan worden afgewacht. Het bestuur is verplicht een dergelijke beslissing ter bekrachtiging voor te leggen aan de eerstvolgende ledenvergadering.